Rick is op twaalfjarige leeftijd onder behandeling geweest bij SeysCentra. Hij volgde daar gedurende vier weken het succesvolle jongerenprogramma en leerde zijn angst voor eten te overwinnen. Sindsdien kan hij alles eten, is zijn groeiachterstand verdwenen en is zijn gezondheid met sprongen vooruitgegaan. Hij kon zonder eet- en gezondheidsproblemen de puberteit door.
Rick kan zich niet meer herinneren wanneer hij voor het eerst eetproblemen kreeg. “Het is al zolang geleden dat ik naar mijn idee altijd al brood heb gegeten als avondeten.” Nu hij gewoon ‘met de pot’ mee kan eten, kan hij het zich niet voorstellen dat hij jarenlang zo weinig gevarieerd heeft gegeten. “Ondanks dat ik niks lustte, had ik wel altijd honger. Het was heel lastig mijn honger te stillen met witte boterhammen.”
Als hij naar zijn tien jaar jongere broertje kijkt, is hij blij dat hij naast brood nog een paar andere dingen lustte. “De eetproblemen van mijn tien jaar jongere broertje zijn veel ernstiger; hij eet hooguit vijf producten, terwijl ik nog allerlei soorten chips, croissantjes, broodjes, stokbroden en knakworst kon eten. Behoorlijk saai en beperkt, maar ik redde mij ermee. Ook in het buitenland. Witte stokbroden en croissantjes kun je altijd wel kopen, waar je ook bent.”
Bizarre angsten
Het eten dat niet op zijn ‘veilig-eten’ lijst stond, vond hij verschrikkelijk. “Van de geur kon ik al kokhalzen. Wat mijn ouders ook probeerden, het lukte mij met geen mogelijkheid om dit te proeven. Ik weet nu dat het een irrationele angst was. Naast dat ik bang was om te proeven, was ik ook enorm bang om te moeten braken. Ik had een enorme afkeer voor de geur, de textuur en de smaak van eten. Nu ik terugdenk aan de angsten die ik had, vind ik het zelf behoorlijk bizar overkomen.” Hij herinnert zich de keer dat hij soep moest proeven. “Ik moest en zou van mijn ouders een hapje proeven. Ze maakten zich enorm veel zorgen om mijn selectieve eetgedrag, dus probeerden mij op alle mogelijke manieren aan het eten te krijgen. Zodra mijn tong de lepel raakte spuugde ik over de tafel. Volgens mij heb ik de soep niet eens in mijn mond gehad. Alleen het idee was al voldoende om te spugen.”
Hij begon steeds meer te beseffen dat zijn eetgedrag afwijkend was. “Ik vond het erg vervelend om tijdens feestjes anders te zijn dan de rest. Ik schaamde me ervoor en vond het moeilijk om uit te leggen waarom ik niet normaal kon eten. Ik begreep het zelf nog geeneens.” Hij heeft jarenlang geprobeerd zijn eetproblemen te verbergen. “ Ik was bang dat de jongens uit de klas het gek zouden vinden dat ik zo bang was om iets te proeven, dus hield mijn eetproblemen geheim. Welk kind zou kunnen begrijpen dat ik geen patat, snacks, pizza of taart kon eten? Je kunt van kinderen niet verwachten dat zij begrijpen dat iemand doodsbang is om dingen te proeven die voor hun juist een lekkernij zijn. Ik koos er daarom steeds vaker voor om bepaalde situaties te vermijden.”
Geen energie
Zijn selectieve eetgedrag bleef echter niet zonder gevolgen. “Omdat ik zeer eenzijdig at, was ik erg klein en mager voor mijn leeftijd. Ik voelde me ook doorlopend zwak en duizelig. Ik herinner me nog dat ik in groep zes tikkertje speelde op het schoolplein en zo naar werd, dat ik moest overgeven. Ik had simpelweg geen energie meer voor renspelletjes. Ook thuis koos ik ervoor om steeds vaker binnen te blijven en op de bank te ‘hangen’. Het werd steeds lastiger om naar mijn kamer, boven op zolder, te gaan. Mijn benen leken van lood en ik moest mezelf echt naar boven slepen.”
Na een bloedonderzoek werd duidelijk dat Rick op alle fronten ernstige tekorten had opgebouwd. “Ik kreeg enorm veel pillen mee en moest wekelijks vitamine B12 injecties. Daarnaast moest ik drie keer per dag een flesje Nutridrink drinken om meer calorieën en voedingsstoffen binnen te krijgen. Dat klonk eerlijk gezegd makkelijker dan het was. Ik vond het een vreselijke smaak hebben en kreeg met veel moeite iets naar binnen.” De kinderarts adviseerde zijn ouders hem te laten behandelen bij SeysCentra gezet, zodat hij zou gaan leren eten.
“Ik vond het enorm eng om daarnaartoe te gaan, maar begreep zelf ook wel dat het zo niet langer door kon gaan; ik liep lichamelijk en op sociaal gebied vast. Achteraf gezien was dit een enorm goede beslissing. Niet alleen vanwege de hulp die ik daar kreeg, maar ook omdat ik samen met andere jongeren onder behandeling was. Dit hielp mij enorm bij het overwinnen van mijn angst. Als dat meisje het kon, moest ik het ook kunnen. Zo wist ik mezelf intrinsiek te motiveren tot het nemen van nog meer stappen en overwon ik mijn angsten.”
Taxirit
“Ik vond het wel erg vervelend dat ik in de brugklas zat, toen ik onder behandeling ging. Ik was net nieuw op school en miste al meteen vier weken. Gelukkig kon ik bij SeysCentra online mijn schoolwerk doen, maar het was niet echt ideaal. Mijn hoofd stond er gewoon niet naar.” Ook het vervoer van en naar de eetkliniek had impact op hem. “In het begin had ik nog geen moeite met de taxirit, maar op een gegeven moment werden er steeds meer mensen op mijn rit gezet en moesten we onderweg telkens stoppen om andere mensen te vervoeren. Ik was enorm moe na een dag behandelingen en baalde ervan dat ik nog anderhalf uur in de taxi moest zitten.”
Toch was het eindresultaat deze ontberingen meer dan waard; tijdens de therapie leerde hij om te gaan met zijn angst. “Ik begon in te zien hoe irrationeel mijn angst was en leerde deze met kleine stapjes te overwinnen. Ik zag om mijn heen zoveel kinderen met dezelfde eetproblemen, dat ik me niet langer alleen voelde staan hierin. Het was bijzonder om te zien dat iedereen zijn eigen ‘veilige eten’ had. Dingen die voor mij ‘veilig’ waren, waren voor een ander juist weer een grote reden voor angst en andersom. We probeerden elkaar hiermee te helpen. De sessies waren privé, maar als iemand terugkwam en iets had durven proeven, waren we met elkaar blij. Dat was enorm motiverend.”
Sporten
Na zijn behandeling in de Seyskliniek ging zijn gezondheid snel vooruit. “Ik was nog steeds te klein en te mager voor mijn leeftijd, maar doordat ik beter ging eten en fanatiek ging sporten, veranderde dit snel. Ik begon me zoveel beter te voelen, dat ik me had voorgenomen me nooit meer zo zwak te willen voelen als voordat ik werd behandeld. Nu, jaren later, ben ik nog steeds zo intensief bezig met sporten en is gezonde voeding erg belangrijk geworden voor mij. Hierdoor zijn alle lichamelijk gevolgen van mijn selectieve eten en de groeiachterstanden die ik had, verdwenen.”
Hij adviseert kinderen met dezelfde eetproblemen dan ook om niet te lang te wachten met een behandeling. “Het heeft mij enorm geholpen. Ik had zelf geen idee hoe zwak ik was geworden, omdat dat erg geleidelijk is gegaan. Nu ik het verschil weet, snap ik niet dat ik het zolang heb volgehouden. Aan de ene kant had ik veel eerder geholpen willen worden. Aan de andere kant denk ik dat ik er een aantal jaren eerder nog niet aan toe was geweest. Ik had toen denk nog niet opengestaan voor een uitleg over mijn ongegronde angsten. Ik denk dat ik juist door mijn leeftijd in staat was tot een stukje zelfreflectie. Hierbij heeft mijn intrinsieke motivatie ook een rol gespeeld; ik wilde me nooit meer zo beroerd voelen en wilde sociaal gezien mee kunnen komen met mijn leeftijdsgenoten.”
Geen ARFID meer?
“Ik kan sinds mijn behandeling veel meer eten, maar ik kan niet zeggen dat ik álles eet. Dat kan denk ik niemand. Er blijven bepaalde producten waar ik meer moeite mee blijf houden, dan andere producten. Groenten zal ik nooit lekker gaan vinden. Toch kan ik dit eten en heb ik mijn angst om dingen te proeven overwonnen. Doordat deze drempel weg is, kan ik in principe alles eten. Er is dankzij SeysCentra een gezonde basis gelegd, waardoor ik niet meer vastzit aan één soort product en alles binnenkrijg wat ik nodig heb om gezond door het leven te kunnen gaan. Ik ben van mening dat het niet erg is om een kieskeurige eter te zijn, zolang het je gezondheid maar niet in de weg staat.”
Hij vergelijkt het overwinnen van zijn eetproblemen met iemand die zijn hoogtevrees overwint. “De angst zal er altijd zijn, maar ík heb daar nu de controle over, in plaats van andersom. Omdat ik geen eetproblemen meer heb en ook de lichamelijke en sociale problemen over zijn, denk ik dat de diagnose ARFID niet meer op mij van toepassing is.” Hij raadt het iedereen aan om zonder ARFID de puberteit in te gaan. “Ik heb nu voldoende energie om veel te sporten, kan gezellig met vrienden en familie uit eten en voel me niet langer anders of buitengesloten. Aan een stokbrood zitten knagen, terwijl iedereen van zijn biefstukje zit te genieten is tenslotte niet bepaald gezellig. Ik vind het heerlijk om zelf biefstuk te kunnen eten en kan me niet meer voorstellen dat ik dat ooit zo eng vond.”
Dit ervaringsverhaal komt uit het boek ARFID te lijf! Lees meer ervaringsverhalen van ARFID-patiënten en gedeelde kennis van zorgprofessionals in het boek ARFID te lijf! Klik voor de inhoudsopgave en/of om het boek te bestellen op deze link.
Wil je meer informatie over ARFID? Sluit je dan gerust aan bij de besloten Facebookgroep van ARFID te lijf
Wat is ARFID?
0 reacties